't Paardje kan de weg wel vinden,
Trippel, trappel, trippel, trap.
Bij het licht van 't heldere maantje,
Stippe, stappe, stippe, stap,
't Paardje is nog lang niet moe,
Maar ik moet naar bedje toe.
't Paardje is nog lang niet moe,
Maar ik moet naar bedje toe.
Hoor de vlugge paardenvoetjes,
Trippel, trappel, trippel, trap.
In mijn lekkere warme bedje,
Stippe, stappe, stippe, stap,
En ik droom van Sinterklaas,
En zijn zwarte Pieterbaas.
En ik droom van Sinterklaas,
En zijn zwarte Pieterbaas.