SinterklaasEn zo is het gekomen,
Stiekem gelooft die arme Sinterklaas,
Niet meer zo in zichzelf.
De één krijgt géén cadeautje,
En de ander krijgt er elf!
Nee, dan de tijd, toen hij nog klein,
En onervaren was.
Toen geloofde hij nog dat zijn moeder,
Pakjes haalde in haar tas.
Maar nu weet hij wel beter;
Hij moet het zelf gaan kopen,
En voor iedereen maar stad en land,
En winkeltjes aflopen.

Soms droomt hij terug en denkt hij aan,
De tijd die is geweest.
Toen men nog lootjes trok en hij,
Rust had zo rond het pakjesfeest.
Zo liep hij op straat te mijmeren,
En te pruilen, Sinterklaas.
Tot een voorbijganger dacht:
"Wat moet die demente baas?"

Hij sprak hem aan en nodigde,
Hem op de choco uit.
Daar luchtte Sint zijn ouwe hart,
En brak in tranen uit.
"Dit kan toch niet?" zo dacht de man,
Die Pieter werd genoemd.
Hij heeft toen voor zichzelf maar eens,
Zijn vrienden opgenoemd.
Dat waren er een heleboel;
Hij belde ze allemaal,
En vroeg hun hulp nadat hij kort,
Vertelde het verhaal.

Die vrienden kwamen, iedereen,
En gingen aan de slag.
Zo kwam het werk gelukkig klaar,
Net voor de grote dag.
De Sint was dolgelukkig nu.
Hij had nou zoveel hulp!
Hij werd er blij van en hij kroop,
Volledig uit zijn schulp.

Maar één probleem bleef bestaan,
En zal hij altijd houden.
Die vrienden lijken op elkaar.
Hij kon geen naam onthouden!
Toen Pieter het probleem van Sint,
Snel in de gaten had,
Wist hij de oplossing al snel,
En zei: "Zeg weet u wat?
U noemt ons allen gewoon Piet,
Want dat onthoudt u wel.
We verzinnen goede bijnamen,
Want dat werkt even snel.

Hij daar doet altijd moeilijk, dus,
Die noemen we Piet Lut."
De postbode werd Pieter Post.
Zo werd Sint opgejut.
En hij verzon voor elke Piet,
Een bijpassende naam.
Pietje Precies was er, Piet Snot,
En Pietje Kelderraam.
Sint kreeg er lol in en besloot:
"Dit houden we er in.
Dit hou ik wel vol. Gezellig ook,
Zo'n Zwarte Pieten gezin!"

Piet Hein had een ideetje nog,
Want Sint ging slechter lopen.
"Zeg, zullen we voor zijn verjaardag,
Een rollator kopen?"
"Nee, weet je wat," zo zei Piet Paard,
"Ik heb een schimmel staan,
Daar moest de Sint voortaan maar eens,
De straten mee opgaan!"

En zo is de geschiedenis,
Van Sinterklaas en Piet.
En als je mij nou niet gelooft,
Dan doe je dat toch niet?

Typpiet.

Waardering: 6.07 met 94 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Petra

Printbare versie
Vertel vrienden en vriendinnen over dit Sinterklaasgedicht:
Dit Sinterklaasgedicht verzenden naar een vriend(in) Deel dit Sinterklaasgedicht op Twitter Deel dit Sinterklaasgedicht op Facebook Deel dit Sinterklaasgedicht op LinkedIn

Volgende gedicht: Sinterklaasgedicht voor rappers!
Vorige gedicht: Het leven valt beslist niet mee

 
© 2006 - 2022 Jan Hengeveld.