Sinterklaas klaagde tegen Zwarte Piet:
"Wat doen de mensen elkaar toch veel verdriet.
Ik lees telkens over zinloos geweld,
Of over mensen die beroofd zijn van hun geld.
Ook in de politiek gaat het een en ander mis,
En dan nu ineens van Volkert een bekentenis.
Ik begrijp het allemaal niet meer,
En twijfel of ik nog wel kom een volgende keer.
Piet pakte vertwijfeld zijn roe,
En riep in angst: "Verrek nogantoe."
Sint: "Dat kunt u niet menen,
We kunnen niet zomaar de benen nemen,
Hoe moet dat dan met al die kleine kinderen?"
"Sint sta me toe dat te verhinderen,
Er zijn ook nog leuke dingen,
Kom nou niet aan met teleurstellingen."
Sint streek zijn hand over zijn hart,
Stak zijn vinger op en zei: "Oké wie krijgt de koek en wie de gard?"
Waardering:
5.24 met 184 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Monica
Printbare versieVertel vrienden en vriendinnen over dit Sinterklaasgedicht:
Volgende gedicht: Sint is een toffe vent
Vorige gedicht: Sinterklaas kom maar binnen met je knecht