Sinterklaasgedicht

Door weer en wind gereden,
Was ik nu toch wel moegestreden.
Winkel in, winkel uit; het mocht niet baten,
Het leidde niet tot de gewenste resultaten.
Want wat is nu een waardig cadeau,
En dan wel op pastoraal niveau.
Hij heeft het tenslotte ook niet gemakkelijk,
Al is zijn humor vaak aanstekelijk.
Het wel en wee van Duizel ligt hem na aan het hart;
Daarom is hij best tevree met zijn herstart.
Hij moet zijn gezicht er meer laten zien,
Daarom hangen er nu foto´s: wel een stuk of tien.
Met de politie is de relatie ook niet al te goed
Telkens opnieuw draaien ontmoetingen uit op rampspoed.
Er zijn echter ook die blij met hem zijn,
Al bezorgen ze hem soms hoofdpijn.
Onheil mag de pret niet deren
Je mag pronken met je veren.
Met de cadeaus heeft de Sint geen bedoeling,
Hij is in dit land ook maar een vreemdeling.
Het eind van dit wonderlijk gedicht
Komt nu toch wel in het zicht.
De cadeaus uitzoeken en verzamelen, dát ging wel,
Maar het gedicht erbij, dat lukte niet zo snel.

Waardering: 6.05 met 37 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Ineke

Printbare versie
Vertel vrienden en vriendinnen over dit Sinterklaasgedicht:

Volgende gedicht: Op een vroege morgen stapte de Sint uit zijn bed
Vorige gedicht: Sinterklaas zat weer eens te denken